Over hoogstamboomgaarden

Een streepje geschiedenis

Hoogstamboomgaarden zijn karakteristiek voor veel Vlaamse regio’s. Van oudsher hebben de meeste boerderijen een (kleine) boomgaard. De boomgaarden liggen meestal vlakbij de boerderijen en vormen een natuurlijk windscherm voor de dorpen. De fruitboomgaard doet eerst dienst als graasplaats voor het vee. Daarnaast is het fruit voor de boerenfamilie een welkome aanvulling op het dagelijkse menu. Een mix van soorten en variëteiten in de boomgaarden, van vroege kersen tot late appels, zorgen van eind mei tot november voor vers fruit.

     

Door de structurele crisis in de akkerbouw einde negentiende eeuw nemen veel boeren de verkoop van fruit er als extraatje bij. Bijna overal in Vlaanderen floreren de hoogstamboomgaarden. Ze verkopen het fruit aan de stedelijke burgerij en aan handelaars die het exporteren. Vooral kersen, een luxeproduct, worden goed gesmaakt op de buitenlandse markten. De intensivering van de fruitteelt vereist eenvoudiger plukwerk en een hogere opbrengst. Tijdens het interbellum worden fruitbomen geselecteerd en doordacht gesnoeid: de laagstamfruitboom is geboren. Al in de jaren 1930 verschijnen de eerste laagstamplantages in Haspengouw

 

Een plus voor natuur

Hoogstamboomgaarden bieden niet alleen heerlijk onbespoten fruit, ze zijn een ideale biotoop voor heel wat soorten. Zowel de fruitbomen als de hagen rond de boomgaard worden bijzonder gewaardeerd door heel wat dieren. Zo smult de das ’s nachts van het afgevallen fruit maar ook eikelmuizen, konijnen, spitsmuizen en egels houden ervan. Vogels zoals mezen, boomkruipers en torenvalken voelen zich tussen de hoogstambomen prima in hun vel. Spechten en steenuilen maken hun nest in de holten van oude, knoestige bomen.

      steenuil

Daarnaast zijn hoogstamboomgaarden een thuis voor tal van insecten en andere ongewervelden zoals spinnen en mijten. Op een appelboom kunnen tientallen verschillende insectensoorten leven, van boombewonende mieren in de holle stam tot oorwormen en lieveheersbeestjes die schadelijke insecten opeten. Vlinders zuigen in de herfst het sap van de rottende vruchten op en hommels en bijen bestuiven de bloemen. In een hoogstamboomgaard is altijd wat te beleven.

De Nationale Boomgaardenstichting vzw bracht een mooie publicatie uit: “Hoogstamboomgaarden in Haspengouw”  je kan het boekje hier online bekijken (pdf)

 

Hulp bij aanleg of onderhoud van je boomgaard?

De Regionale landschappen in Vlaanderen kunnen je -in veel gevallen- adviseren bij het aanleggen of herstellen van een hoogstamboomgaard. Ze helpen je ook bij het vinden van subsidies of partners voor de aanplant- en of snoei. Of misschien organiseren ze snoeicursussen of oogstfeesten… Kortom het loont om eerst eens contact op te nemen met jouw regionaal landschap.

De Limburgse regionale landschappen werken ook nauw samen met de Nationale Boomgaardenstichting aan het behoud en herstel van hoogstamboomgaarden in de regio. Zij beschikken over een pak aan kennis over regionale rassen.

 

Jonge boomgaard   Aanplant hoogstamboom   Aanplant haag

Bekijk ook deze praktische folder voor meer uitleg